Borsten om van te houden
Borsten kunnen erg verschillen; niet alleen qua grootte en stevigheid, maar zelfs de vorm is niet bij elke vrouw dezelfde. Soms heeft een vrouw zelfs twee totaal verschillende borsten.
Waarom is dat?
Een borst is niet zomaar een volume, maar wordt beïnvloed door haar basis (in het Engels de zgn "footprint"), haar aanhechtingen aan deze basis (stevig of los na gewichtsverlies, verouderen, of zwangerschap) en de kwaliteit van de overliggende huid.
Volume
Er bestaat geen ideale maat. Een dame met een mooie B-cup kan erg tevreden zijn met haar handje vol, of net dromen van een D-cup; terwijl sommige dames met een D-cup net dromen van een leven met lichtere borsten.
Sta je dagelijks stil bij het volume van je borsten, voel je je ongemakkelijk omdat je decolleté niet mooi vult of voel je je net te dik omdat geen enkel kleedje past, dan loont het de moeite om eens met een plastisch chirurg te spreken.
Bij een borstvergroting dmv prothesen kan je adhv pasprothesen, 3D reconstructies, en de ervaring van de chirurg kiezen voor "een maatje meer". De silicone- of watergevulde prothesen worden geplaatst onder de borstspier (of onder de klier bij dames die voldoende eigen weefsel hebben) via een sneetje in de plooi onder de borst of aan de rand van de tepel. Je ziet onmiddellijk het verschil, en hoewel je borsten de eerste weken erg pijnlijk aanvoelen, kan je na één week administratief werk, na twee weken licht werk en na 4 weken manueel werk hervatten. De keerzijde van de medaille is dat prothesen niet voor het leven zijn, en dat complicaties zoals nabloeding, kapselcontractuur, .... mogelijk zijn.
Bij een borstverkleining wordt in overleg beslist hoeveel weefsel ongeveer moet verwijderd worden. Het is belangrijk dat de grootte van je borsten in harmonie staat met de rest van je lichaam. Het totaalplaatje moet kloppen. Een dame van 1.80m groot zal met een C cup eerder kleinere borsten hebben, terwijl dezelfde cupmaat bij een dame van 1.60m groot al heel wat groter "lijkt". De mutualiteit houdt hier maar in beperkte mate rekening mee in hun terugbetalingsvoorwaarden.
Afhankelijk van welke techniek gebruikt wordt, kan je nadien nog borstvoeding geven. Het gevoel van je borsten zal zowel na een vergroting als na een verkleining wel anders zijn, en waarschijnlijk nooit 100% dezelfde.
Wat is dan de basis van de borst? De borstbasis of footprint wordt bepaald door de breedte en hoogte van de borst, en de positie op de borstwand. Sommige fijne dames hebben een smalle en hoge borst, terwijl andere dames net brede en korte borsten hebben. In principe verandert de chirurg je footprint niet, tenzij je een duidelijke asymmetrie hebt. In dat geval wordt getracht de footprint van de "minder mooie" borst te doen lijken op de mooiere (meestal de grotere borst). Dit gebeurt door de plooi te verlagen, de breedte en hoogte aan te passen.
Bij tubulaire borsten bijvoorbeeld kunnen de verschillen tussen beide borsten erg groot zijn. Een tubulaire borst heeft typisch een uitgesproken tepelhof, dat lijkt uit te stulpen, terwijl de borst zelf eerder een meer cilinder vorm heeft. Het corrigeren hiervan gebeurt meestal in verschillende stappen. In een eerste stap wordt door middel van een sneetje aan het tepelhof het uitstulpen van het tepelhof gecorrigeerd, en een expanderprothese geplaatst. Deze helpt om de onderpool van de borst "op te rekken" omdat het meestal de onderpool is die disproportioneel kleiner is. In een tweede fase kan de expanderprothese vervangen worden door een definitieve prothese of door eigen vetweefsel (zgn lipofilling).